Binnen de gemeente grenzen van Leiden staan maar liefst negen traditionele windmolens.
De molens die Leiden telt zijn niet alleen bijzonder in functie maar ook van constructie (type) en uiterlijke kenmerken ten opzicht van andere molens binnen Nederland.
Een korte omschrijving
Soort molens:
Leiden telt twee houtzaagmolens (De Herder en De Heesterboom), Vijf poldermolens (Stadsmolen, Maredijkmolen, Kikkermolen, Stevenshofjesmolen en Rodenburgermolen) en twee korenmolens (De Valk en De Put).
Type molens:
Van de negen molens is één standaardmolen (De Put) twee wipmolens (Maredijkmolen en Kikkermolen), drie ronde stenen grondzeilers (Stadsmolen, Stevenshofjesmolen en Rodenburgermolen), Eén rondestenen stellingmolen (De Valk) en twee rietgedekte achtkantige molens op schuur (De Herder en De Heesterboom).
Bijzonderheid Leidse molens
De Put is een standaardmolen en behoort tot de oudste type molens van Nederland, maar is de nieuwste molen van de negen in Leiden (1987 herbouwd), De Valk behoort tot een van de hoogste molens van Nederland.
De Maredijkmolen is de oudste molen van Leiden (1735) en bezit een bijzondere elektrische aandrijving voor het scheprad. De Kikkermolen is de kleinste wipmolen van Nederland, Houtzaagmolen de Heesterboom behoort tot de top drie monumenten van Nederland en is één van de negen houtzaagmolens die Nederland nog telt. Ook De Herder behoort tot één van de negen houtzaagmolens die Nederland nog telt en de enigste met een horizontaal zaagwerk.
De Stadsmolen met zijn bijzondere flesmodel is de enigste rondestenen molen in Nederland in zo'n bijzondere vorm. De Rodenburgermolen heeft een gietijzer bovenwiel (normaal hout) en voorheen een bijzonder scheprad buiten de molen gehad.