De verschillende onderdelen op het (boeren)erf in Zuid-Holland kenmerken de streek. Op deze pagina nemen we je graag mee in de inrichting van een streekeigen en groen boerenerf. Want wat is er mooier dan het behouden of herplaatsen van groen erfgoed of elementen met cultuurhistorische waarde? Samen maken we de Zuid-Hollandse erven aantrekkelijker. Voor mens, plant en dier!
De informatie die je leest op deze pagina is per deelonderwerp ook gevangen in downloadbare brochures. De brochures zijn bedoeld om eigenaren, beheerders en vrijwilligers van boerenerven informatie te geven over het boerenerf. Op zoek naar specifieke informatie? Klik via de links hieronder direct door naar de gewenste brochure!
brochure Landschapselementen
brochure Gebouwen
brochure Bloemenweide en kruidenrijk grasland
brochure Bomen, bosjes, hagen en heggen
brochure Moes- en siertuin
brochure Fruitboomgaarden
brochure Stapels, hopen en rillen
brochure Water
brochure Dieren op het erf
brochure Insecten
brochure Kleine zoogdieren
brochure Reptielen en amfibieën
brochure Vogels
Landschapselementen
Zichtbare sporen die iets vertellen over hoe het landschap is ontstaan. Dat is de definitie van landschapselementen.
Niets is bij toeval. Alles ontstond op de plaats waar het tot nut was, in samenwerking met het landschap. Boerderijen gebouwd op kreekruggen, klei- of zandplaten; de ondergrond bepalend voor de vorm van het gebouw. Op veen vooral veeteelt; op klei, zavel en zandgronden ook akkerbouw. Het binnenduinlandschap bleek perfect voor bollenteelt.
Op het (historische) boerenerf zijn veel verschillende landschapselementen te vinden. Er is een onderverdeling tussen rode, groene, blauwe en bruine elementen. Van hooiberg tot poel, van (hoogstam)fruitboom tot broeihoop.
Van oudsher werden landschapselementen opgericht met een functie. De boerderij om in te wonen en te werken. Bomen tegen zon, wind, muggen of vliegen. Hagen en singels als erfafscheiding en veekering. Het hakhoutbosje voor de productie van hout voor het maken van gereedschapsstelen, beschoeiingen, manden en korven, en als brandstof voor kachel en oven. De moestuin en hoogstamboomgaard voor de teelt van groenten en fruit. Het boerenbedrijf was geheel zelfvoorzienend, de kringloop gesloten.
Welke landschapselementen waren bepalend voor jouw streek? Ontdek ze in de brochure Landschapselementen.
Rode landschapselementen
Bebouwing op het boerenerf
De gebouwen op het erf maken met elkaar het boerenbedrijf. Een aantal van oudsher aanwezige gebouwen heeft met de tijd haar functie verloren. Het boenhok, de melkkelder met melkpet, de karnmolen, het bakhuisje en het zomerhuis waren oudgedienden. In de vorige eeuw zijn veel van deze rode landschapselementen verdwenen. Op sommige plekken zijn deze bijzondere gebouwtjes gelukkig bewaard gebleven.
Nederland kent zes verschillende boerderijtypen. In Zuid-Holland zie je vooral de hallehuisboerderij, de T-boerderij en de krukhuisboerderij. De ondergrond was bepalend voor de vorm van de boerderij. Op de Zuid-Hollandse Eilanden komt de Zeeuwse schuur voor.
In de brochure Gebouwen vind je een checklist van vragen die je helpen om je erf zo passend mogelijk te maken. Deze brochure behandelt verschillende rode landschapselementen, wat inzicht geeft in de cultuurhistorie van het boerenerf.
Groene landschapselementen
Bloemenweide en kruidenrijk grasland
Na een tijd van grasland voor de opbrengst en akkers met maar één gewas, is het tijd om de bloemen en kruiden terug te brengen naar de weiden en akkers. Als voedselbron voor insecten, die afhankelijk zijn van nectar en stuifmeel van de bloemen, en andere insecten- of zadenetende dieren.
Help mee het (boeren)erf biodiverser te maken. De brochure Bloemenweide en kruidenrijk grasland geeft informatie en tips om jouw erf om te toveren tot een kleurrijk bloemenparadijs.
Hagen, heggen en singels
Groene landschapselementen vormen het geraamte van het boerenerf. Bomen en struiken hebben meerdere functies: solitair als bliksemafleider, als windsingel, markering van de oprijlaan. Het snoei- en hakhout werd gebruikt voor verwarming, om te koken, voor het maken van gereedschapsstelen en klompen, of als beschoeiing van de oever.
Daarnaast bevatten hagen, heggen en singels belangrijke voedsel-, nest- en slaapplekken voor vogels, insecten en kleine knaagdieren.
In de vorige eeuw zijn veel van deze elementen verloren gegaan. Het aantal soorten dieren en planten op erven is afgenomen. Groen geeft voedsel, schuil- en broedplaats voor kleine zoogdieren en vogels. Met de aanleg van groene landschapselementen help je mee een impuls te geven aan de biodiversiteit. Wat ga jij aanleggen? De brochure Bomen, bosjes, hagen en heggen laat je door de bomen het bos zien.
Moes- en siertuin
Hoe zag de boerentuin eruit? Op welk deel van het erf werd de tuin oorspronkelijk aangelegd? Was er een verschil tussen 'arme' en 'rijke' boeren? Was het altijd alleen maar een nutstuin? Wanneer deden de siertuinen hun intrede?
Het oude boerenerf was verdeeld in twee delen. Het voorerf was het domein van de boerin, het achtererf - de plek van bedrijvigheid - van de boer. Van oudsher werd de boerentuin gebruikt voor de teelt van groenten, aardappelen, fruit en kruiden voor eigen gebruik. Rijkere boeren plantten soms ook bloemen en sierplanten aan. Met de tijd veranderde de boerentuin van functionele nutstuin tot siertuin om te pronken. Een siertuin werd die vaak ‘voor’ aangelegd zodat de rijkdom ook voor de omgeving te zien was. De brochure Moes- en siertuin neemt je mee op een reis door de tijd.
Fruitbomen
Natuurlijk is het best spannend om alle vroegere functies in een nieuw jasje terug te brengen op jouw erf. Waar haal je dan de kennis vandaan over grond? (Streekeigen) soorten? De juiste snoei in zomer en winter? In de brochure Fruitboomgaarden vind je al een aantal antwoorden.
Het informatieblad helpt je op weg hoe je een fruitsoort plant, snoeit en onderhoudt. Dat maakt het al een heel stuk makkelijker. Beplantingslijsten helpen je om de goede keuze te maken, voor jouw erf en grondsoort. Of gewoon voor je stadstuin. Ook daar past vaak nog een fruitboom. Al is het maar een lei-vorm!
Het gebruik maakt de vorm. Graast er vee in de boomgaard, dan is de keuze voor hoogstam logisch: zo kan het vee moeilijker bij de bladeren. Paarden zijn een extra uitdaging. Met hun lange hals komen ze nog hoger. Maar ze knagen ook de bast aan. Door hun lagere hoogte zijn halfstam- en laagstambomen makkelijker te snoeien en te plukken.
Rond moestuinen op landgoederen, buitenplaatsen, fruitkwekerijen en de 'luxere' boerderijen werden vaak fruitmuren gebouwd. Met een heel andere toepassing van fruit. Hier werden de bomen in vorm geleid. Met takken die gespreid worden of in een dubbele U-vorm.
Een fruithaag is een nog lagere vorm die als afscheiding van een perceel kan worden gebruikt. Het leuke van leifruit is dat het eigenlijk in iedere stadstuin een plekje kan hebben.
Hoe je een fruithaag snoeit zie je in het plaatje hieronder:
Bruine landschapselementen
Stapels, hopen en takkenrillen
Takkenhopen of -rillen, compost- en broeihopen vormen de bruine landschapselementen. Deze natuurlijke, ecologische verwerking van snoei- en hakhout biedt voedsel-, schuil- en nestelplekken aan allerlei dieren. Bovendien verteren deze hopen tot compost. En zo is de kringloop weer rond!
Naast organische hopen zijn ook anorganische hopen van waarde voor de natuur. Denk aan een stapelmuurtje, steenhoop of stapel oude dakpannen in een rommel- of overhoekje met (ruigte)kruiden, die insecten en daarmee ook andere dieren een leefgebied geven. Ontdek in de brochure Stapels, hopen en rillen meer over de waarde van 'bruin materiaal'.
Blauwe landschapselementen
Water op het erf
Water speelt een belangrijke rol op het boerenerf: zonder water geen leven! Voor de planten, voor de dieren, voor het onderhoud van het erf. Met het veranderen van de technieken in de agro wereld zijn de waterpeilen geleidelijk verlaagd. Is de insteek van de sloten aangepast, zodat er zoveel mogelijk 'nuttig' land is. Voor veel kleine dieren, reptielen, amfibieën en insecten is het erf hierdoor een stuk minder interessant geworden. Met de aanleg van een poel en natuurvriendelijke oevers kan je een bijdrage leveren aan het herstel van de biodiversiteit. En je erf een boost geven!
Door de klimaatverandering is waterberging bij extreme regenval en het opslaan voor droge periodes juist van belang. De aanleg van poelen, grienden en natuurvriendelijke oevers levert een bijdrage aan het herstel van de biodiversiteit en geeft je erf een boost! De brochure Water laat zien wat jij kunt doen om jouw erf klimaatbestendig te maken.
Dieren op het erf
Op het oude boerenerf vonden veel dieren een plek om te schuilen, eten en zich voort te planten. Bij het moderniseren van de bedrijven zijn veel van deze plekken verloren gaan. Dat maakt dat heel wat dieren zich ergens anders hebben gevestigd. Dieren op het erf dragen bij aan het natuurlijk beheer van ziektes en plagen. Herstel verloren elementen en haal de soorten terug op jouw erf. In de brochure Dieren op het erf nemen we je mee in hoe je iets kunt doen voor de verschillende soorten dieren.
Ze zijn van levensbelang voor de natuur en de biodiversiteit. Ze zijn een onderdeel van vele voedselketens. Ze bestuiven voedselgewassen en wilde planten. Ze verspreiden zaden van bomen, struiken en planten. Ze breken organisch materiaal af en zorgen zo voor een gezond bodemleven. En ze spelen een belangrijke rol bij het voorkomen en beheersen van plagen.
Op een boerenerf waren vroeger meer dieren dan nu. Op een natuurrijk erf komen verschillende diersoorten voor.
Insecten
Insecten zijn mooi om te zien en laten zich redelijk goed van dichtbij bekijken. Bijen en hommels vliegen van bloem naar bloem, vlinders fladderen vrolijk rond, libellen hangen als kleine helikopters in de lucht. De laatste decennia zijn de aantallen insecten fors afgenomen. Zo is er minder capaciteit om gewassen te bestuiven. Maar ook minder voedsel voor insectenetende soorten. Met elkaar kunnen we zorgen voor betere omstandigheden voor de insecten. En bedankt namens de andere diersoorten. Voor hen is er meer voedsel te vinden op het erf!
In de brochure Insecten lees je wat jij voor de bijen, vlinders en libellen kunt doen. Ook andere insecten, spinnen en bodemdieren zijn erbij gebaat.
Kleine zoogdieren
Een hert of een wild zwijn zal niet zomaar het erf oplopen. Kleine zoogdieren zijn vaker aanwezig, maar vallen vaak niet meteen op. De spitsmuis in de composthoop, een egel die op een zomeravond rondscharrelt op het erf, vleermuizen die bij schemer als kleine acrobaatjes door de lucht buitelen. Ze horen bij het boerenerf. Meer weten over diersoorten? De brochure Kleine zoogdieren geeft inzicht in de soorten en wat je kunt doen om ze een plek te geven op jouw erf.
Reptielen & amfibieën
Reptielen en amfibieën vallen niet zo op, totdat de kikkers in het voorjaar gaan brommen en kwaken. Dit luidt de start van het paringsseizoen van de kikkers in. Slangen zie je niet zomaar op het boerenerf, dus vind je eieren van de ringslang dan is dat heel bijzonder! Reptieleneieren hebben een harde schaal. Deze dieren kennen geen gedaanteverwisseling. Amfibieën hebben een gladde huid met klieren. Zij leggen hun eieren in het water. Kikkervisjes ontwikkelen eerst kieuwen en vinnen, daarna pas krijgen ze longen en poten en zijn ze in staat om ook aan land te komen.
Door het aanleggen van een poel of door een natuurvriendelijke oever aan te leggen bij de sloot, zorg je voor meer kikkers, padden en salamanders op je erf. Voor de ringslang is een overhoekje in de mest- of composthoop genoeg. Hoe? Dat lees je in de brochure Reptielen en Amfibieën.
Vogels
Vogels kun je indelen op het voedsel wat ze eten: er zijn zaad-, vruchten-, insecten-, planten-, vlees-, vis- en alleseters. Vogels kun je indelen op nestgelegenheid: er zijn huizen-, holen-, struik-, boombroeders, water- en moerasvogels. Of op verblijfplek. Standvogels zijn jaarrond aanwezig. De zomergasten broeden in Nederland en overwinteren zuidelijker, wintergasten broeden noordelijker en overwinteren in Nederland.
Maar hoe haal je zoveel mogelijk vogels naar jouw erf? Lees er meer over in de brochure Vogels.
Wil je je nog meer verdiepen in erven en de inrichting daarvan? Het vroegere Landschapsbeheer Zuid-Holland heeft een prachtig handboek uitgegeven met een schat aan informatie.
Alle bronnen die zijn gebruikt voor de totstandkoming van deze serie over erfinrichting vind je hier, en meer informatie over specifieke onderwerpen in de verschillende brochures vind je hier.
De brochures uit de reeks Erfinrichting van De Groene Motor kennen nogal wat niet alledaagse woorden. In de verklarende woordenlijst wordt de betekenis van de minst gebruikelijke woorden weergegeven. Want je moet maar weten wat het inhoudt: heggenleggen, heggenvlechten, mulchen, waardplant... In de Verklarende woordenlijst zijn alle themagerelateerde woorden uitgelegd.